
Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.
Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:
• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen
De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.
De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.
De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.
Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

- Kenmerken
- Inleiding
- Theodorus Alberts, 1685-1686
- Abraham van Nouhuys, 1811-1829
- Jan Willem van de Ven, 1829-1835
- Cornelis Mari van der Goes, 1835-1844
- Frederik Albert Rovers, 1845-1879
- Adrianus Rovers, 1879-1902
- Adrianus Franciscus Hubertus Hockers, 1902-1921
- J. Berger, 1921-1935
Vanaf 1842 worden er repertoria bijgehouden die met de akten het notarieel archief vormen. De in die repertoria genoemde brevetten zijn niet aanwezig, aangezien dat akten zijn die aan de partij is meegegeven.
Op grond van de Wet op het notarisambt worden archieven naar de (rijks)archiefbewaarplaats overgebracht bij het bereiken van de leeftijd van 75 jaar, en dat binnen een periode van 10 jaar. Ten aanzien van de overbrenging van testamenten e.d. is in artikel 59 Wet op het Notarisambt 1999 bepaald, dat wanneer die ouder zijn dan honderd jaar binnen een tijdvak van tien jaar naar de rijksarchiefbewaarplaats worden overgebracht.
meer informatie over MAIS-(M)DWS